De betekenis van mBraining voor NLP is diepgaand. Werken met drie breinen in plaats van één beïnvloedt aanzienlijk de wijze waarop je NLP beoefent. mBraining vergroot de mogelijkheden van NLP. De impact van mBraining op NLP wordt al snel duidelijk. Een kleine greep uit de directe toepassingen van mBraining voor bestaande NLP technieken:
Werken met ‘delen’: Tot welk neuraal netwerk behoort het deel?
Secundaire winst: Welke primaire functie moet er vervuld worden?
Gebruik van de zintuiglijke kanalen geur en smaak: Deze twee modaliteiten (de O en G uit VAKOG) die al lange tijd verwaarloosd of ondergeschikt gemaakt zijn door NLP blijken de belangrijkste drivers voor de neurale netwerken van het hart en buik.
Het toevoegen van deze twee zintuiglijke kanalen levert geheel nieuwe soorten van NLP technieken.
Kalibratie: De verschillende neurale netwerken uiten zich door middel van specifieke toegangs- en verwerkingssignalen. Naast het kalibreren van geur- en smaak-predikaten zijn er ook linguïstische metaforen en zegswijzen die aangeven welk neuraal netwerk in het spel is en hoe het functioneert.
Sequencing: De volgorde van de drie samenwerkende breinen kan kracht geven of juist ontkrachtend werken met betrekking tot een specifieke doeltoestand. Dit rangschikken is vergelijkbaar met het werken met NLP strategieën/TOTE’s.
Resourceful states: Elk neuraal netwerk kan functioneren in een sympathische modus, een para-sympathische modus of in een evenwichtige toestand van autonome coherentie. Afhankelijk van de autonome toestand van het desbetreffende neurale netwerk zijn resourceful states en hulpbronnen toegankelijk of ontoegankelijk.
Werken met waarden: Om nauwkeurig te werken met de waarden van het hartbrein, is het van essentieel belang om te begrijpen hoe dit brein emoties voel- en zichtbaar maakt om daarmee het buik- en hoofdbrein te beïnvloeden.
Ecologie: Elk neuraal netwerk heeft eigen criteria voor ecologie. Ecologische problemen ontstaan wanneer er onvoldoende afstemming is tussen de drie breinen of als ze functioneren in een problematische sequentie.
Werken met identiteit: Alles wat met identiteit te maken heeft behoort tot het buikbrein. Om op een effectieve manier aan identiteit te kunnen werken, moet het buikbrein dus ingezet worden. De buik kan, als neuraal netwerk, gestimuleerd worden om nieuwe neurale patronen te genereren die tot verandering leiden.
Afstemmen op de toekomst: Wanneer ook het hart en buikbrein aan de orde komen in Future Pacing kun je nauwkeuriger met deze techniek aan de slag. Nauwkeuriger dan wanneer we alleen geassocieerde of gedissocieerde visualisaties met geankerde toestanden of strategieën gebruiken. Als het hartbrein daadwerkelijk onderdeel is van Future Pacing voldoet het resultaat vanzelfsprekend aan je diepere waarden. Het buikbrein moet ingezet worden om je er van te verzekeren dat de veranderingen zijn geïntegreerd in een identiteit die gemotiveerd stappen onderneemt.
Integratie: voor diepe integratie is het nodig de drie (hart – buik – hoofd) neurale netwerken te gebruiken.